Mensen met (beginnende) dementie wonen steeds langer thuis. De komende decennia krijgen ook steeds meer mensen de diagnose dementie. Dat betekent dat de omgeving van mensen met dementie ook steeds meer zo ingericht moet worden dat men verantwoord thuis kan blijven wonen. Dit vereist een integrale aanpak van organisaties en voorzieningen. Ook de Stadionbuurt in Amsterdam Zuid staat voor deze opgave.
Thuiswonen met dementie
In stadsdeel Zuid wonen ruim 145 duizend inwoners. Bijna 22.000 van hen zijn ouder dan 65 jaar. In 2020 woonden zo’n 1.100 mensen met (beginnende) dementie thuis. Door de toenemende vergrijzing is de verwachting dat de komende jaren meer mensen met (beginnende) dementie in Zuid wonen.
Ouderen, ook mensen met (beginnende) dementie, wonen steeds langer thuis. Amsterdam zet zich in om een ’age-friendly city’ te zijn, met als één van de speerpunten dementie. Dat betekent dat de omgeving van mensen met dementie ook steeds meer zo ingericht moet worden dat zij langer thuis kunnen blijven wonen en zo een dementievriendelijke stad ontstaat.
In de buurt
Mensen met een vorm van dementie moeten zo lang mogelijk in hun buurt hun boodschappen kunnen blijven doen, andere mensen ontmoeten of iets kunnen ondernemen. Daarvoor is het nodig dat iedereen de handen ineenslaat. Niet alleen de zorgprofessional, maar ook met nadruk het sociaal domein en de mensen die een rol vervullen bij de voorzieningen in de buurt.
In dit actieonderzoek in opdracht van de gemeente Amsterdam en in samenwerking met welzijnsorganisatie SOOZ hebben we gekeken wat er nodig is om mensen met (beginnende) dementie zo lang mogelijk thuis te laten wonen. Na interviews met mensen met (beginnende) dementie, mantelzorgers en organisaties in de buurt zijn de organisaties en bewoners samen aan de slag gegaan om een passend aanbod in de buurt vorm te geven.